Skip to main

KS4: Antibioticagebruik en Antimicrobiële Resistentie

Deze les introduceert de leerlingen tot de toenemende dreiging voor de volksgezondheid van antimicrobiële resistentie (AMR) door middel van een spel met een agarplaatje.

Scrol omlaag voor meer informatie en om de leermiddelen te downloaden.

Decorative
Volledige les downloadenDownload PDF
Leerdoelen
Alle leerlingen zullen:
  • Begrijpen dat antibiotica niet werken tegen virussen, omdat bacteriën en virussen een verschillende opbouw hebben
  • Begrijp dat bacteriën zich voortdurend aanpassen om manieren te vinden om niet gedood te worden door antibiotica en dat dit antibiotische resistentie wordt genoemd
  • Begrijpen dat het nemen van antibiotica ook van invloed is op je nuttige bacteriën, niet alleen de bacteriën die de infectie veroorzaken
  • Begrijpen dat zowel gezonde als zieke mensen antibioticaresistente bacteriën bij zich kunnen dragen en dat ze die zonder het te weten over kunnen dragen
  • Begrijpen dat antibiotische resistentie zich verspreid tussen verschillende bacteriën in ons lichaam
  • Begrijpen dat antibiotische resistentie de verantwoordelijkheid is van iedereen, ook van jou
Achtergrondinformatie

In sommige gevallen heeft het immuunsysteem hulp nodig. Antimicrobiële middelen zijn medicijnen die gebruikt worden om de microben te doden of de groei ervan af te remmen. Antibiotica zijn ofwel bactericide, wat betekent dat de bacteriën doden, of ze zijn bacteriostatisch, wat betekent dat ze de groei van bacteriën afremmen.

Bacteriën passen zich voortdurend aan om manieren te vinden om niet gedood te worden door antibiotica. Dit wordt antibiotische resistentie genoemd. Resistentie ontwikkelt zich door mutaties in het bacteriële DNA. Zowel gezonde als zieke mensen kunnen antibioticaresistente bacteriën bij zich dragen en de bacteriën kunnen zich net zo naar anderen verspreiden als andere microben dat kunnen. Bijvoorbeeld door handen schudden of het aanraken van allerlei oppervlakken op dieren, groenten of voedsel waarop bacteriën aanwezig zijn.

Antibiotische resistentie treedt op in bacteriën die gevonden worden in het lichaam, in dieren of in de omgeving als gevolg van overmatig gebruik en misbruik van antibiotica. Hoe vaker een persoon antibiotica neemt, hoe groter de kans dat zich in hun lichaam antibioticaresistente bacteriën ontwikkelen. Om resistentie te voorkomen moeten antibiotica alleen worden genomen als dit wordt voorgeschreven door een dokter of verpleegster.

In dit lessenplan leren de leerlingen over hoe antibiotica werken om bacteriën te doden en hoe bacteriën resistent worden tegen antibiotica. Ze leren dat niet alle antibiotica een effectieve behandeling vormen voor alle bacteriën en dat het daarom belangrijk is om de antibiotica te nemen op de manier die wordt voorgeschreven door een dokter.

Activiteiten
Hoofdactiviteit:
  • Agarplaatje experiment
Video hoofdactiviteit
Uitbreidingsactiviteiten:
Koppelingen curriculum

Natuurwetenschappen:

  • Wetenschappelijk denken
  • Experimentele vaardigheden en strategieën
  • Analyse en evaluatie

PHSE (sociaal, gezondheids- en economisch onderwijs) /RHSE (relaties, seksuele voorlichting en gezondheid):

  • Gezondheid en preventie

Engels:

  • Lezen
  • Schrijven

Kunst en Vormgeving:

  • Grafische communicatie
Ondersteunende materialen
Docentenbladen
Hoe antibiotica werken – Beschrijvende Transcriptie
Hoe antibiotische resistentie ontstaat – Beschrijvende Transcriptie